![]() |
© ABS Bouwteam www.absbouwteam.be |
![]() |
© Belgian Woodforum - Architecte B. Frick |
![]() |
© Engels |
Massief hout, houten plaatmateriaal of kaderwerk: de meeste binnendeuren bestaan volledig of gedeeltelijk uit hout. Met het oog op hun toepassing zijn talloze uitvoeringen mogelijk. Zo moet een bordesdeur, die een woonruimte van een gemeenschappelijke ruimte zoals in een appartementsblok scheidt, aan zwaardere eisen voldoen dan een gewone binnendeur tussen keuken en woonkamer.
Massief houten of vlakke binnendeuren
Waarom is een massief houten deur een goede keuze ?
Standaardmaten van binnendeuren
Standaard is een binnendeur 201,5 cm hoog (ook 211 cm komt meer en meer voor) en 63, 73 of 83 cm breed. De dikte varieert afhankelijk van het materiaal. Toch zijn in de handel ook talloze afwijkende maten verkrijgbaar.
Ophangmiddelen
Bij de meeste binnendeuren ‘hangt’ de deurvleugel in hengels aan het binnenkader. Dat kunnen scharnieren, paumellen of fits zijn. Taatsdeuren werken anders. Hierbij draait de deur op twee stiften: eentje in de dorpel en eentje in het bovendeel van de deurkast. Schuifdeuren hangen meestal in een geleidingssysteem met wieltjes in een rail.
Opdekdeuren versus inlegdeuren
Brandwerende deuren
Meer weten (pdf)
Technische normen en plaatsing van binnendeuren
Afmetingen, sterkte, mechanische weerstand: met het oog op hun toepassing en gebruik moeten binnendeuren beantwoorden aan uiteenlopende technische vereisten. Daarvoor preciseerde het Technisch Comité 33 van het Europees Normalisatie Comité een aantal normen en specificaties in de STS 53 (Technische Specificaties/Spécifications Techniques). Die geeft ook voorschriften voor een correcte plaatsing van binnendeuren.
Meer over de STS 53
![]() |
![]() |
![]() |
||
© Woodstuff www.woodstuff.be |
© Belgian Woodforum - Franz Fetz |
© Ilse Demedts www.ilse-demedts.be |
De STS 53-normen (download STS 53.1) voor binnendeuren zijn gebaseerd op onderzoek van twee erkende labs: het Technisch Centrum der Houtnijverheid en het Testcentrum voor Gevelelementen. Die bogen zich over de volgende aspecten:
Om een binnendeur correct te plaatsen, moet het gebouw droog en winddicht zijn. Een gebouw is pas droog als de luchttemperatuur er tussen 15 en 25 °C én de luchtvochtigheid tussen 40 en 70% blijven, gedurende zeven opeenvolgende dagen. Anders dreigt het houten binnenschrijnwerk op te zwellen, los te komen of te corroderen.
Daarnaast geeft de STS 53-norm (download STS 53.1) nog een aantal voorschriften voor de plaatsing van deurgehelen:
Voor brandwerende deuren zijn meestal afwijkende spelingen voorgeschreven. Die staan dan vermeld in de Benor-ATG-goedkeuring.
Sitemap – Copyright Belgian WOODFORUM – indie group